Hij kan precies aangeven waarom hij schrijfcoaching wil. “Ik weet dat ik te wollig schrijf, te omfloerst.”
Hij heeft zichzelf als kind ooit een “schrijfstrategie” aangeleerd. Als hij niet op een woord kon komen, dan ging hij het uitgebreid beschrijven. Daardoor is zijn schrijfstijl steeds bloemrijker geworden. Prachtige zinsconstructies. Rijke woordenschat. En helemaal correct Nederlands. Maar zijn doelgroep zit niet te wachten op zijn nieuwe literaire roman. Hij schrijft beleidsstukken.
Hij wil het anders doen. Hij wil “meer voor de lezer schrijven, meer voor de gemiddelde Nederlander”.
Maar ja, hoe schakel je als het ware terug? Hoe leer je een schrijfstrategie af?
Door die te vervangen voor een nieuwe schrijfstrategie.
Checklist om af te vinken
Hij houdt van heel praktisch en stapsgewijs te werk gaan. Hij was enthousiast toen ik hem mijn “Checklist voor een begrijpelijke tekst” gaf. We worden allebei blij van checklists. Lekker overzichtelijk. Lekker afvinken.
Na die eerste sessie vroeg ik wat hij ervan vond en hij zei: “Het is zoals ik had gehoopt!”
In de daaropvolgende sessies oefenen we met die prachtige, maar ingewikkelde zinnen begrijpelijker maken. Ondertussen zoeken we steeds naar de juiste “triggers” of stapjes die hem in zijn aanpak kunnen helpen.
Verbinding als taakje om af te vinken
“Verbinding” is er bijvoorbeeld eentje. In een brief aan iemand die je kent, kun je die persoon gewoon aanspreken. Je hoeft niet te beschrijven wat er allemaal in het algemeen afgesproken is. Je schrijft: “Wij hebben met elkaar afgesproken dat…”
Zulke taakjes voegt hij dan toe aan zijn eigen persoonlijke versie van de checklist. Om af te vinken. Zo bouwt hij aan zijn eigen, nieuwe schrijfstrategie.